Ze bouwen een stal en graven een poel.
Het varkentje heeft een prachtig leven.
Op een dag komt de buurman langs en hij vraagt of ze het bij dit ene varkentje houden, of er meer willen.
Hij heeft namelijk een kennis die varkens houdt.
Daar moeten ze naartoe om hun varkentje te laten bevruchten.
Het is niet ver, dus de man zet het varkentje in de kruiwagen en gaat op pad.
Bij de boer aangekomen doet de beer zijn werk.
De man vraagt hoe hij kan zien of de beer zijn werk goed gedaan heeft.
De boer antwoordt:
"Als jouw varken morgenvroeg in de poel ligt, is het geslaagd.
Staat ze op het droge, dan moet je nog 'n keer langskomen."
De man gaat naar huis en kijkt de volgende ochtend nieuwsgierig uit het raam.
Het varkentje staat op het droge.
Hij zet haar weer in de kruiwagen en gaat opnieuw naar de boer.
De volgende morgen vraagt de man of zijn vrouw even naar buiten wil kijken.
Ze doet het gordijn open en begint heel hard te lachen.
”Ligt ze in de poel?” vraagt de man blij.
”Nee,” zegt de vrouw:
"Ze zit al in de kruiwagen!"